top of page

Risico's na een asbestbrand?

Bij een brand van een gebouw waarin zich asbesthoudende materialen bevinden, verspreiden zich asbestvezels op grote schaal in de omgeving.  Golfplaten hebben bijvoorbeeld de eigenschap door de hoge temperaturen kapot te springen waardoor asbestflinters via de rook terecht komen in de omgeving.  Het betreft nagenoeg los asbest dat een reëel blootstellingsrisico vormt voor omwonenden en andere gebruikers van de omliggende terreinen.

Ook het gebouw zelf is zwaar gecontamineerd met asbest.  De nodige voorzorgs-maatregelen moeten getroffen worden om het gebouw veilig te ontmantelen zodat de uitvoerders geen ontoelaatbare blootstelling aan asbest kennen. In praktijk zal het gebouw eerst moeten gedecontamineerd worden van het aanwezige asbest.

Wat is de rol van de asbestdeskundige?

Na een brand zal de asbestdeskundige een onderzoek uitvoeren naar de visuele aanwezigheid van asbestresten in en omheen het afgebrande gebouw.  Op basis van zijn vaststellingen zal de asbestdeskundige een tijdelijke veiligheidsperimeter instellen. In nauw overleg met de bodemsaneringsdeskundige zal een saneringsmethodiek worden bepaald.  De asbestdeskundige zal de sanering verder opvolgen en de nodige aanbevelingen formuleren. De asbestdeskundige zal tenslotte een afsluitend rapport opstellen op basis waarvan de veiligheidsperimeter kan opgeheven worden. 

 

Welke technieken worden toegepast? 

Bij het onderzoek na een asbestbrand worden diverse technieken toegepast afhankelijk van wat men wenst te weten: 

  • identificatie van restmaterialen: staalnames en identificatie van asbest

  • handpicking: staalnames van flinters en identificatie van asbest

  • kleefstalen: nemen van contactstalen en identificatie van asbest  

  • luchtmetingen: nemen van luchtstalen en asbestvezeltellingen

Het bemonsteren van de bodem om het al dan niet laten afgraven van de toplaag behoort tot de taken van de bodemsaneringsdeskundige.

 

   

bottom of page